Knooppunt Reims

13 juni 2017 - Reims, Frankrijk

Vandaag stond Reims op het programma. Een grote stad aan de rand van de Champagne streek en tevens een knooppunt voor vele pelgrims die uit het noorden komen. De etappe van vandaag zou maar een relatieve korte zijn, maar gezien het warme weer zou ik dan voor het heetst van de dag klaar zijn. Het plaatsje Bazancourt had ik binnen 15 minuten al achter me liggen en de witte kalk wegen tussen de akkers strekte zich voor me uit. De gigantische suikerfabriek liet ik links liggen, maar besefte dat wanneer ik over mijn schouder zou kijken deze nog vele kilometers zal zien.
Nadat ik de eerste heuvel had genomen, was Bazancourt al uit zicht, maar tevens zag ik Reims al in de verte liggen. De twee hoge torens van de kathedraal staken als twee bakens boven het stads sky-line uit. Het dak van de kathedraal, schitterde als een lichtbaken in de zon. Ach, ik ben er bijna, dacht Ik. Maar na een korte kaartstudie bleek het toch nog 15 kilometer door de akkers te zijn. Het idee van de stad en vertier in het vooruitzicht, motiveerde me en stapte dan ook gestaag door.
Iets voor de middag bereikte ik de buitenwijk van Reims. Na een verdiende verkoelings pauze was ik klaar om de warmte van de stad in te gaan. En dan denk je dat je er bent, maar een beetje stadscentrum is toch al gauw een uurtje lopen. Langs de doorgaande weg liep ik richting het centrum. Het was nog steeds een provinciale weg waardoor ik soms in de berm liep of op de weg zelf. Voordat je de stad in komt, is er nog een behoorlijk viaduct waar het spoor en de snelweg onderdoor loopt. Half op de weg tussen het drukke verkeer liep ik daar, achter me werd luid geclaxoneerd. Ja, snap ik, dacht ik nog. Maar toen de auto voorbij kwam, met de bestuurder uit het raam hangende, roepende: “ Vive Saint Jacques!!”, was het mij duidelijk, dit hoort dus bij het knooppunt Reims. En of het nu toeval was, denk het dus niet. Enige tijd later, op diezelfde weg, komt een klein autootje mij licht claxoneerend mij te ge moet. Een dame op leeftijd zat druk naar mij te zwaaien. Het was mij duidelijk, als Pelgrim ben je welkom in Reims.
Eenmaal in het centrum was het zoeken naar een slaapplaats. In zo’n grote stad kan dat toch geen probleem zijn. Eerst naar de stads-jeugdherberg, het leek wel één groot studentenhuis, maar helaas alles vol. Zelfs de gereserveerde Pelgrimplaatsen waren bezet. Dan maar naar het toeristenbureau, maar die vertelde dat ze zojuist 2 uur bezig geweest zijn om een Pelgrim onderdak te geven. Wat bleek nu. Er was een landelijke conferentie van Franse scholieren en die zaten dus nu allemaal met familie in Reims. Kamer prijzen gingen al naar 180 euro per nacht. Ik had inmiddels alle ‘google maps' hotels al gebeld, maar alles was complet. Mijn laatste kans was om me te melden bij het genootschap van Pelgrims in de kathedraal. In het boekje stond, dat buiten het verkrijgen van de stempel, ze je helpen met een slaapplaats.
In de gigantische kathedraal werd ik direct welkom geheten door de bode en wees mij de tafel van het genootschap. Ik dacht nog even hoe weet hij dat, maar er zijn maar weinig toeristen die met rugzak en wandelstok de kerk binnenstappen.
Aan de tafel zat een aller aardigste vrouwtje die dit blijkbaar dagelijks doet. Het register werd onder mijn neus geschoven, mijn paspoort werd afgepakt en gestempeld en in het Frans werden honderden vragen op me afgevuurd. Ik maakte haar kenbaar dat ik geen Frans sprak en besefte me hoe ik het in hemelsnaam haar uitgelegd kreeg om voor twee nachten onderdak te hebben, omdat ik vanavond de kroeg in wilde. Op dat moment voelde ik een hand op mijn schouder. Ik keek op en zag de man van gisteten, die bij het bruggetje. Ik legde hem mijn probleem uit, van het geen slaapplaats hebben en hij bood mij aan te tolken in het Frans richting de mevrouw. Het gesprek verliep vlekkeloos, althans dat denk ik. Binnen 5 telefoontjes had ik een slaapplaats bij de nonnen. Het was maar 5 kilometer buiten het centrum en je hoeft pas om kwart over zeven binnen te zijn. (En dus binnenblijven). Nou, daar ging mijn stap avond. Ik vertelde dit aan mijn collega Pelgrim en die begreep me volkomen. Hij zei tegen me, hou het achter de hand, heb je in ieder geval iets.
Deels tevreden verliet ik de kathedraal en zocht een terrasje op om mijn zegeningen te tellen. De Camino geeft en neemt en je moet hem nemen wat hij je geeft. Maar dit had ik niet in gedachten. Naar een biertje op het terras heb ik het besluit genomen. De Camino laat je overkomen, dus ik ga niet naar de nonnen. Ik zie wel. Net zoals Dirk in Rocroi, die ook zomaar een slaapplaats kreeg aangeboden door een vreemde. De middag was nog niet voorbij, wie weet wat er gebeurd.
Na enige tijd op het terras werd het tijd voor vertier, met mijn rugzak op liep ik het bruisende toeristen leven in, want daar gebeurd het. Nog geen 50 meter van het terrasje waar ik zat, zie ik in roze neon letters gehuld, volledige plush aangekleed, barretje met de tekst Hotel. Ik dacht, het is alles of niet. Ik loop dat barretje in en ergens achter in een donker hoekje, wel eens waar met roze neon verlichting, was een balie die we kennen uit de films van de typische Amerikaanse stadshotels. Een blond vrouwtje vol tatoos zat daar al rokend en keek me aan. Ik vroeg, zeer bescheiden en uitgaande van een negatief antwoord, of er een kamer vrij was. Het vrouwtje antwoorde, alsof het de normaalste zaak van de wereld was, dat dit het geval was. Er werden sleutels op de balie gelegd en desgevraagd werd met potlood mijn naam op een register geschreven. Ik was even heel blij, maar voordat ik hier mijn spullen achter laat, wat gaat dit kosten. Voor 45 euro had ik een bed. En eenmaal op mijn kamer, bleek dat de badkamer ook nog eens voorzien was van een bad.
Nadat ik me had opgefrist en het vertier ging opzoeken, ben ik nog even langs het vrouwtje gelopen. “Doe maar voor Due Nuit”…. Voor de rest: “ Wat happens in Reims, stays in Reims”.

Foto’s

3 Reacties

  1. Chantal:
    24 juni 2017
    Nice
  2. Geeske:
    26 juni 2017
    Sjans van een dame op leeftijd, tja, dan ga je niet bij de nonnen slapen!
    Snap het helemaal hoor!!!
  3. Gabri van Dijk:
    27 juni 2017
    Je moet ter zijner tijd toch eens vertellen wat er in Reims gebeurd is. Ik ben niet heel nieuwsgierig, maar je kent me. Ik stop nu voordat ik naast mijn schoenen ga lopen!